
Zaterdag schreef ik al even over de tijdelijke ballingschap van de pausen in het Franse Avignon. In Rome zelf zijn eveneens plekken te vinden waar pausen woonden, buiten de grenzen van Vaticaanstad.
Wie landt op het vliegveld van Ciampino komt onderweg naar het centrum een van de vier pauselijke basilieken van Rome tegen: San Giovanni in Laterano, in het Nederlands bekend als Sint-Jan van Lateranen.
Sinds 1929 zijn deze basilica maior (letterlijk: grote basiliek) en het aangrenzende Lateraanse paleis officieel in handen van de Heilige Stoel. Tot 1309 was het Lateraanse Paleis de officiële verblijfplaats van de pausen, nog voordat ze vertrokken naar Avignon. De San Giovanni in Laterano is op nog meer manieren verbonden met de pauselijke geschiedenis van Rome: tot 1870 werd elke nieuwe paus gekroond in de basiliek.
Romeinse resten
Het meeste indruk maakt de aanblik van buitenaf, de façade van de San Giovanni in Laterano. De beelden die de 18de-eeuwse voorgevel sieren torenen hoog boven de bebouwing uit. Wanneer je naar binnen loopt door de hoofdingang, passeer je twee monumentale bronzen deuren, die oorspronkelijk toegang gaven tot de Curia (het Senaatsgebouw) op het Forum Romanum. Vlakbij vind je nog een andere herinnering aan het oude Rome: een beeld van keizer Constantijn de Grote, de eerste christelijke keizer. Het was dezelfde Constantijn die ooit de opdracht gaf voor de bouw van de eerste kerk op deze plek. Zijn kerk werd echter vernield door de Vandalen.

Van alle tijden
Borromini was de architect die het interieur van de kerk een barokke gezicht gaf. Hij kreeg in het Jubeljaar 1650 de leiding over de vernieuwingen die in de San Giovanni in Laterano moesten plaatsvinden. Toch kun je binnen nog allerlei resten van een veel verder verleden terugvinden, als je weet waar je moet kijken. De eerste pilaar van het rechterschip is bijvoorbeeld voorzien van een fresco van Giotto (het beeldt paus Bonifatius VIII uit die het jubeljaar 1300 afkondigt). De kruisgangen zijn eveneens in de Middeleeuwen aangelegd (rond 1220). Aan de grote verscheidenheid van de zuilen kun je zien dat ze uit verschillende tijdperken dateren.

Nimfen in de doopkapel
Aan de zuidkant van de basiliek vind je de doopkapel gewijd aan Johannes de Doper, die is aangelegd op de plek waar keizer Constantijn al eerder een kapel oprichtte. Hij deed dat bovenop de resten van een Romeins nymphaeum – een aan nimfen gewijde plek. Omdat Constantijns kapel de tand des tijds niet doorstond creëerde paus Sixtus III in 432 een nieuw baptisterium. De achthoekige plattegrond van deze doopkapel zou model gaan staan voor alle katholieke doopkapellen.
Het altaar van de San Giovanni in Laterano is binnen de katholieke Kerk een extra bijzondere plek: hier mag enkel de paus zelf de mis opdragen. Op Hemelvaartsdag geeft de paus traditiegetrouw vanaf de bovenste loggia zijn zegen.
Vanaf de San Giovanni in Laterano vertrekt de Via Merulana verder de stad in. Aan het uiteinde van die straat vind je de Santa Maria Maggiore, een van de andere vier pauselijke basilieken van Rome, waarover morgen meer!